Verhaal van de maand

Fragment 4 uit "Gestalkt"


Onderstaand het vierde fragment van het nieuwe boek "Gestalkt", dat in het voor jaar van 2011 verschijnt. Sylvia heeft haar vriendin Irma verteld wat haar overkomen is de laatste tijd. ‘Stalken noemen ze dat’ weet Irma en zij is verbaasd dat Sylvia er nooit met iemand over heeft gepraat. Dan ineens… weet ook Irma wat Sylvia meemaakte!


‘Wat? Echt? Dat geloof ik niet! Waarom? Wanneer? Wie?’ Irma reageert vol ongeloof op het verhaal dat Sylvia haar, alsof er een film voor haar ogen afdraait, vertelt. Schijnbaar zonder emotie, alsof ze haar gevoel heeft uitgeschakeld. Als Sylvia uitverteld is kijkt ze Irma met lege ogen aan. Irma beseft dat het goed is dat ze er is, luistert, meevoelt, meedenkt, troost en vooral, Sylvia steunt.
‘Waarom, waarom heb je er niet eerder met mij, of met je ouders, of met onze klassenmentor over gesproken Sylvia. Hoe heb je dit allemaal kunnen verzwijgen. Echt, ik heb nooit iets aan je gemerkt. En dat hij je steeds slet noemt, ongelooflijk. Dit had je toch aan iemand moeten vertellen. Je had het zeker aan mij kunnen zeggen. Je kunt mij toch vertrouwen, Sylvia. Dat weet je toch?’ Ze loopt naar Sylvia en omhelst haar. Lang en intens. Sylvia’s schouders schokken, tranen lopen over haar wangen, maar het aan iemand vertellen? Nee, daar had ze toch een goede reden voor. En die reden heeft ze nog altijd. Vindt ze. En dat zal ze Irma vertellen.

‘Weet je hoe ze dat noemen?’
‘Hoe bedoel je?’ Sylvia kijkt Irma aan. ‘Wat bedoel je met hoe ze dat noemen.’ Het klinkt geïrriteerd.
‘Dat iemand je mailtjes en sms’jes stuurt zonder dat je weet wie het is.’
‘Nee.’
‘Stalken. Iemand die zoiets doet is een stalker.’ Ze kijkt Sylvia aan, die nog steeds hevig ontdaan is.
‘Daar heb ik echt nog nooit van gehoord.’ Ze kijkt Irma schuldbewust aan en heeft spijt van haar reactie van zopas.
‘Heb jij je ook bedreigd gevoeld omdat je niet weet wie jou die berichtjes stuurde?’
‘Nee, niet echt. Ik dacht eerst dat het een spelletje was. Maar toen ze Jesper bedreigden en op de trein zetten, ging ik er anders over denken. Ik heb steeds gedacht dat het Jacco was die me smste en mailtjes stuurde. Vannacht heeft hij trouwens een hart op mijn slaapkamerraam gespoten, met rode verf.’
‘Wie. Jacco?
‘Ja, ik denk dat het Jacco is.’
‘Waarom?’
‘Omdat hij me weer om verkering heeft gevraagd. Toen ik zei dat ik dat niet wilde is hij boos weggefietst.’
’Alleen daarom?’ Irma kijkt Sylvia met een serieuze blik aan.
‘Hij zei dat we in de tweede klas ook verkering hadden en dat hij me nog altijd een lekkere meid vindt. Ik zei toen dat er in twee jaar veel veranderd is. Hij denkt dat ik niet meer met hem wil omdat hij gestolen heeft. Ik antwoordde toen dat gevoelens ook kunnen veranderen. Daarna fietste hij ineens weg.’
Irma zegt niets en kijkt nadenkend voor zich uit.
‘Bovendien heeft hij Jesper bedreigd, omdat hij, denk ik, gewoon jaloers was.’
‘Sylvia, heb je die sms-jes en die mailtjes ook bewaard?’
‘Nee, ik heb ze allemaal gewist en ook uit de prullenbak verwijderd.’
‘Waarom heb je dat gedaan? Nou heb je helemaal geen bewijs meer.’
‘Ik was bang dat mijn moeder het zou ontdekken. Ze gebruikte mijn mobiel ook nog al eens. Als zij het ontdekt kun je wel raden wat er gebeurt: dan moet ik natuurlijk weer thuis wonen. Dat is het laatste wat ik wil, begrijp je Irma? Dat is de reden dat ik er met niemand over gepraat heb.’
Irma knikt langzaam met haar hoofd als teken dat ze het begrijpt.
‘Jij bent de enige die het weet Irma. En de stalker natuurlijk.’ Sylvia lacht flauwtjes.
Alsof het afgesproken is gaat op dat moment Sylvia’s mobiel rinkelen. Drie keer kort, een sms’je dus.

suc6 lekkere meiden, slet

Zelfs Irma wordt wit, als Sylvia haar het berichtje laat lezen. Ze kijkt Sylvia met grote ogen aan.
‘Doe het licht uit,’ fluistert ze. Haar hart bonst in haar keel. ‘Hij moet buiten zijn en ons begluren.’
‘Als we het licht uit doen verstopt hij zich, of gaat weg. Dan weten we weer niets.’ Sylvia reageert opmerkelijk kalm. ‘Jij blijft gewoon hier en ik ga stilletjes via de achterdeur naar buiten.’
‘Nee, ik wil niet dat je naar buiten gaat. Het kan ook toeval zijn. Je weet niet wie er buiten loopt Sylvia.’
‘De stalker natuurlijk.’
‘Maar je blijft hier Sylvia.’
‘Ik laat de deur op een kier, dan ben ik zo weer binnen.’
‘Nee, Sylvia, doe het niet.’
‘Ik heb dit al eerder meegemaakt, Irma. Geloof me, de stalker is banger dan wij zijn.’
‘Doe je dan wel voorzichtig?’ Irma geeft toe maar is er niet gerust op.
‘Wees maar niet bang.’
‘Blijf bij het huis hoor. Ga alsjeblieft niet te ver weg.’
Irma zit rechtop in haar stoel, aan tafel en verroert zich niet. Elke zenuw in haar lichaam is gespannen, door elke porie in haar huid wil het bloed naar buiten. Ze durft zelfs bijna geen adem te halen. Het enige dat ze doet is haar ogen bewegen en luisteren, luisteren en luisteren, terwijl het buiten doodstil is.