Verhaal van de maand
Onderstaand verhaal schreef ik n.a.v. een gesprek aan de koffietafel van onze nationale grootgrutter. Bekertje pakken, op knopje drukken en een plekje aan een tafeltje zoeken.
Koffietafelpraat
Thuis doe je het niet, d.w.z. thuis in je eigen stadje. Aanschuiven aan de koffietafel bij een winkel van AH bijvoorbeeld voor een gratis en lekker kopje koffie. Maar als je ergens in een stad, tijdens je vakantie bijvoorbeeld, zo’n tafel ziet staan… Inderdaad, dan is de verleiding groot.
Ik tapte opgewekt een lekker kopje bonenkoffie en zette mij aan een tafel waaraan al een echtpaar zat en een man alleen. Een meneer eigenlijk gezien zijn uiterlijk. Beetje kalend, glad geschoren, een sportieve trui en een donkerblauwe katoenen broek. Kortom, goed verzorgd. Van het echtpaar had de man een geweldige buik. Ruim en slordig over de rits van zijn broek hangend, zag ik, toen hij even ging staan om zijn broekband aan de achterkant wat op te trekken. Ik had er direct bepaalde gedachten bij. Hij zag er weldoorvoed uit, om het maar even met gewoon nette woorden te zeggen. Zijn vrouw stak er wat magertjes bij af. Wat opviel was de grootte van haar bril. Niet alleen haar ogen verscholen zich er achter, maar ook haar wenkbrauwen, het onderste deel van het voorhoofd en het bovenste deel van haar neus. Ook beide wangen, enigszins rood van kleur, verdwenen achter het glas. Wonderlijk, maar toch was haar blik vriendelijk.
‘Ook een bakkie?’ De Buik keek me vragend aan en draaide zich vervolgens direct weer van mij af.
Vreemd eigenlijk, dacht ik. Ik knikte. ‘Ja, lekker, zo even tussen door.’
‘Toch wel bonen hè.’ De meneer keek me wantrouwend aan. ‘Die poedertroep is ècht troep hoor. Daar zit geen boon in. Smaakstof met de een of andere poeder. Van die Senseokoffie. Vergeet het, allemaal troep. Niet te drinken.’
‘Zeker wel te drinken hoor,’ zei mevrouw Bril als door een adder gebeten. ‘Wij drinken elke ochtend één kop koffie en dan ga je toch geen hele pot zetten. Dan is een bakkie Senseo wel zo makkelijk.
‘Eén kop koffie? Zo.’ De meneer snoof en keek naar de buik. ‘Eén kop koffie. Senseo ook nog. Nee, koffie maak je van bonen. Eigenlijk zou iedereen thuis zo’n molentje moeten hebben. Weet je wel, zo’n houten molentje met een draaizwengel er op en een houten bakkie er onder.’
‘Ach man, veel te veel werk.’ Mevrouw Bril keek enigszins verontwaardigd.
‘En hij vindt dat ook lekker? Die Senseo?’ Meneer knikte richting Buik.
‘Ik denk het wel, want we zijn al vierenvijftig jaar getrouwd. Als hij het niet lekker zou vinden zou hij al lang weggelopen zijn!’
‘Weggelopen? Waarheen dan. Er staat geen huis leeg tegenwoordig. Alles wordt volgepropt met buitenlanders . Zo makkelijk loop je niet weg hoor. En niet op zijn leeftijd.’ Meneer knikte nog eens in de richting van Buik. Buik keek ongeïnteresseerd voor zich. Volkomen apathisch.
Meneer keek mij weer aan. ‘Op vakantie?’
Ik knikte. ‘Met de boot.’
‘Wij zitten hier vijf maanden op de camping,’ reageerde mevrouw Bril. ‘Een hele tijd hè. Maar we vervelen ons hier niet hoor. Elke zaterdag bingo hè. Ja, ik hoor. Mijn man is doof. Jij bent doof hè,’ zich stemverheffend tot haar man wendend en hem vervolgens op zijn linker schouder tikkend.
Buik draaide zich om en keek zijn vrouw vragend aan. ‘Wat zeg je?’
‘Ik zei net dat je Senseo lekker vindt.’
‘Lekker?’ Buiks ogen dwaalden weg , zijn mondhoeken zakten tot bijna op zijn buik.
‘Ik zie het al,’ zei meneer. ’5 maanden Senseo. Een hemelse vakantie…’
Ik tapte opgewekt een lekker kopje bonenkoffie en zette mij aan een tafel waaraan al een echtpaar zat en een man alleen. Een meneer eigenlijk gezien zijn uiterlijk. Beetje kalend, glad geschoren, een sportieve trui en een donkerblauwe katoenen broek. Kortom, goed verzorgd. Van het echtpaar had de man een geweldige buik. Ruim en slordig over de rits van zijn broek hangend, zag ik, toen hij even ging staan om zijn broekband aan de achterkant wat op te trekken. Ik had er direct bepaalde gedachten bij. Hij zag er weldoorvoed uit, om het maar even met gewoon nette woorden te zeggen. Zijn vrouw stak er wat magertjes bij af. Wat opviel was de grootte van haar bril. Niet alleen haar ogen verscholen zich er achter, maar ook haar wenkbrauwen, het onderste deel van het voorhoofd en het bovenste deel van haar neus. Ook beide wangen, enigszins rood van kleur, verdwenen achter het glas. Wonderlijk, maar toch was haar blik vriendelijk.
‘Ook een bakkie?’ De Buik keek me vragend aan en draaide zich vervolgens direct weer van mij af.
Vreemd eigenlijk, dacht ik. Ik knikte. ‘Ja, lekker, zo even tussen door.’
‘Toch wel bonen hè.’ De meneer keek me wantrouwend aan. ‘Die poedertroep is ècht troep hoor. Daar zit geen boon in. Smaakstof met de een of andere poeder. Van die Senseokoffie. Vergeet het, allemaal troep. Niet te drinken.’
‘Zeker wel te drinken hoor,’ zei mevrouw Bril als door een adder gebeten. ‘Wij drinken elke ochtend één kop koffie en dan ga je toch geen hele pot zetten. Dan is een bakkie Senseo wel zo makkelijk.
‘Eén kop koffie? Zo.’ De meneer snoof en keek naar de buik. ‘Eén kop koffie. Senseo ook nog. Nee, koffie maak je van bonen. Eigenlijk zou iedereen thuis zo’n molentje moeten hebben. Weet je wel, zo’n houten molentje met een draaizwengel er op en een houten bakkie er onder.’
‘Ach man, veel te veel werk.’ Mevrouw Bril keek enigszins verontwaardigd.
‘En hij vindt dat ook lekker? Die Senseo?’ Meneer knikte richting Buik.
‘Ik denk het wel, want we zijn al vierenvijftig jaar getrouwd. Als hij het niet lekker zou vinden zou hij al lang weggelopen zijn!’
‘Weggelopen? Waarheen dan. Er staat geen huis leeg tegenwoordig. Alles wordt volgepropt met buitenlanders . Zo makkelijk loop je niet weg hoor. En niet op zijn leeftijd.’ Meneer knikte nog eens in de richting van Buik. Buik keek ongeïnteresseerd voor zich. Volkomen apathisch.
Meneer keek mij weer aan. ‘Op vakantie?’
Ik knikte. ‘Met de boot.’
‘Wij zitten hier vijf maanden op de camping,’ reageerde mevrouw Bril. ‘Een hele tijd hè. Maar we vervelen ons hier niet hoor. Elke zaterdag bingo hè. Ja, ik hoor. Mijn man is doof. Jij bent doof hè,’ zich stemverheffend tot haar man wendend en hem vervolgens op zijn linker schouder tikkend.
Buik draaide zich om en keek zijn vrouw vragend aan. ‘Wat zeg je?’
‘Ik zei net dat je Senseo lekker vindt.’
‘Lekker?’ Buiks ogen dwaalden weg , zijn mondhoeken zakten tot bijna op zijn buik.
‘Ik zie het al,’ zei meneer. ’5 maanden Senseo. Een hemelse vakantie…’
Archief
Eerder verschenen:
- Mischa
- Een Spaanse tuinman
- Annie in Andalusië
- You are so beautiful
- Srebrenica herdacht: 11 juli 1995 – 11 juli 2007
- Bruin café in Amsterdam
- Een Brug te moeilijk?
- Hans en Klaar
- Polyphemus (1)
- Polyphemus (2)
- Polyphemus (3)
- Schaduwmeisje (1)
- Schaduwmeisje (2)
- Schaduwmeisje (3)
- Schaduwmeisje (4)
- Wenen
- Pleinwacht
- Comme Dieu
- Bertus Mens, een oud leerling
- Marieke, een lief meisje
- Bas en Top
- Kippensoep
- Vrijheid voor de stad Hattem (deel 1)
- Vrijheid voor de stad Hattem (deel 2)
- Een wrede droom
- 754
- Herfst
- vijftal haiku’s over sneeuw
- Mishandeling?...Of…
- Nieuwe spoorbrug
- Een observatie in Kamer 3d, bed 3…
- Samuel, met alle respect!
- Fragment 1 uit "Gestalkt"
- Fragment 2 uit "Gestalkt"
- Fragment 3 uit "Gestalkt"
- Fragment 4 uit "Gestalkt"
- Pompeii, 79 na Chr. Deel 1
- Pompeii, 79 na Chr. Deel 2
- Wateroverlast
- De poes van Gj.
- Stolpersteine
- De bloemkoolman
- Een Haibun
- Winter sonnettet 2012
- Winter in februari 2012
- Patiënt meneer Roel
- Het pand der liefde
- Wreedheden
- Tante Chloe
- De poes van Gj.
- Boekje van Geluk
- Aijee pietjee de mwa ee …
- Afscheid
- Ge-strand
- Standbeeld in Leiden
- Autoloze zondag
- In de hemel
- Anderhalve liter
- Stilteconcert in Hattem
- Kladdegat, mijn verhaal…
- Kladdegat deel 2, het verhaal dat we nog niet wisten…
- 5-5=1
- Herman en Aleida
- Georg Cohn, een Jodenjongen
- Koffietafelpraat
- Socrates (en de nepsint)
- Annie in Andalusië
- Sjakie Slak
- ‘Even de IJssel over’
- Het meisje te paard
- De huismus
- Ge-Strand
- De ooievaar
- Bruin café in Amsterdam